Welkom op de tentoonstelling
van Floor Coolsma, de derde uit de serie ‘intimiteiten’,
die ik als gastcurator voor de Bewaerschole heb georganiseerd.
Toen ik Floor Coolsma in
2003 in het ekwc leerde kennen sprak ik niet voor niks over mijn verse
vriendin. Dat kwam niet alleen omdat we elkaar nog maar net kenden,
de lekker klinkende alliteratie of door ons leeftijdsverschil. Ik
ervaar haar als een heel vers mens, met verse ogen, zo vers ook in
haar denken.
In gedachten mag en kan
alles. Dat zijn woorden, die Floor mij stuurde om een persbericht
te kunnen maken. Zo heb ik ook deze tentoonstelling bekeken.
Zijn de stippen van het ruggetje van het babyhertje afgewaaid of zijn
het de vliegen die hem lastig vallen?
Eerst zag ik nog gewoon een cavia met extra achterpootjes. Nou ja
gewoon…… maar als je hun extravagant lange auto kent met
zijn extra achterwielen verbaas je je daar niet over. Later zag ik
bij de andere cavia pas de extra oortjes, die als vleugeltjes op zijn
rug zaten en opeens ontdekte ik dat het er eigenlijk twee waren, die
zó in elkaar opgingen. Dat is wel erg intiem, Floor.
Maar is er wel sprake van intimiteteit bij een siamese tweeling of
drieling, zoals bij de bokjes daar? Is dat onvrijwillig en daardoor
ongewenst? Ze zien er toch heel vrolijk uit.
En als je goed kijkt zie je dat telkens weer gebeuren; het je aangetrokken
voelen en tegelijkertijd afgestoten worden.
De teek die de kwetsbare oortjes bedreigt, maar in de andere tekening
is hijzelf zo’n klein aandoenlijk schatje in het grote gras
en hij moet toch ook leven. Het raadsel van de tekening van het aangeschoten
hert of is het bessenbloed en dus de sporen van een lekkere smulpartij.
Eten herten en bokjes eigenlijk wel bessen of zijn dit puur projecties
van menselijke aangelegenheden? Katten likken zichzelf om overtollig
los haar kwijt te raken, maar doen ze dat ook bij een ander? Zoals
het bokje hier een ongeschoren mensenman likt. Het ziet er zo liefdevol
uit. Hebben dieren ook last van liefde? Zoals ‘moeder’
die de billetjes van haar bambi likt, niets is haar vreemd of vies.
Ooit heb ik ook heel snel, zonder na te denken in een onbewaakt ogenblik,
tijdens de afscheidskus een snottebelletje weggeslurpt van mijn zoon
Daniël toen hij voor het eerst op het schoolplein stond en de
zakdoek niet voor handen was.
Maar kunnen dieren ook van mensen houden? Of zijn ze enkel afhankelijk
gemaakt en daarmee kwetsbaar. Juist door de tegenstelling tussen het
kwetsbare dier en de vervreemdende dreiging worden zowel de kwetsbaarheid
als de vervreemding beide versterkt.
Getemd en door de mens van hun natuurlijke staat beroofd.
Is dat niet waar we in intimiteit naar op zoek zijn? Je natuurlijke
staat, een soort verlangen naar oude onschuld, terug naar het paradijs,
een veilig eiland maken, waar je weer kind mag zijn, naar hartelust
spelend, gedachteloos drijvend op je impulsen.
Bedoelde je dat toen een van je woorden verveling was? Verveling zoals
je zit te tekenen tijdens een telefoongesprek? Zonder iets te willen,
iets laten ontstaan. Zo zien jouw tekeningen er ook vaak uit, zoekend
naar het vanzelfsprekende.
Iemand uit zijn natuurlijke omgeving halen gaat ook over schuld en
onschuld. Er zit ook een groot drama in je meisjesverhalen; het lieve
hert ondersteboven in al die hangende lijnen. Het afgesneden hertehoofd
met zijn ontroerende oren. De psyche van het dier, zijn belevenissen,
hoe hij staat ten opzichte van zijn omgeving. De intimiteit van gevoelens,
waar hij niet met ons over kan praten, maar die Floor toch heel zichtbaar
weet te maken. Maar jij bent dan ook bijna meer hert dan mens.
Een andere zin uit je persbericht
ging als volgt:
Het werk van Floor Coolsma toont een eigen visie op de werkelijkheid
met als doel vragen op te roepen, een gevoel van herkenning of juist
een gevoel van onbehagen of ontroering te veroorzaken, zowel bij zichzelf
als bij de beschouwer.
Nou Floor, dat is je in ieder geval bij mij goed gelukt.
teja van hoften, 26 maart
2005