S T A D L A N D S C H A P P E N

Voor de tentoonstelling Stadlandschappen verandert kunstenaar Karin van Dam (NL, 1959) het aanzicht van de Bewaerschole ingrijpend. Met rode scheerlijnen zet zij het monumentale 19e-eeuwse gebouw vast, alsof het een tent is die tegen de kracht van de wind beschermd moet worden.

Binnen in de Bewaerschole is intussen een serie schilderijen op papier te zien van Thomas Brüggemann (D, 1959). Het zijn tientallen variaties op een kultuurlandschap dat vanuit vogelvlucht wordt waargenomen. Beide kunstenaars maken gebruik van landschappelijke elementen en vermengen die met een interesse in vorm, kleur en materiaal. Dit leidt tot "stadlandschappen" die ten opzichte van de natuurlijke omgeving een interessante wrijving te zien geven. Stadlandschappen is de tweede tentoonstelling in de serie Frictie met het landschap, samengesteld door gastcurator Jurriaan Benschop.

Karin van Dam heeft met scheerlijnen de Bewaerschole vastgezet. Een gordijn van rood touw verbergt de voorkant van het gebouw en maakt die tegelijkertijd meer dan ooit zichtbaar. Van een bescheiden 19e-eeuws gebouw verandert de tentoonstellingsruimte in een brutale en speelse verschijning in het dorp. De scheerlijnen zijn zo gespannen dat ze als het ware een luifel voor de Bewaerschole vormen, en op het erf voor de voormalige school een lijnenspel te zien geven. Het idee voor de installatie ontstond tijdens een werkperiode in China, waar de kunstenaar, kort voor haar tentoonstelling in Haamstede, een installatie maakte met hetzelfde materiaal. Van Dam liet zich tevens leiden door jeugdherinneringen aan vakantie op een van de campings in Burgh-Haamstede. -- Ook in eerder werk nam Karin van Dam bestaande gebouwen onder handen. Haar werk wordt gemaakt van alledaags bouw- en gebruiksmaterialen, zoals plastic buizen, touw, isolatiewol en kokers voor bouwafval. Maar met dat grove materiaal schept de kunstenaar, door intuitieve selectie en combinatie, een fijnzinnige beeldtaal. De installaties brengen een soort ongerijmde schoonheid in het straatbeeld en geven de indruk een organische samenhang te hebben. Ze komen zowel ´stedelijk´als ´natuurlijk´over.

Binnen in de Bewaerschole is een installatie van Thomas Brüggemann te zien. Op een horizontaal fries dat over de vier muren van de ruimte doorloopt toont Brüggemann een serie papierwerken waarop steeds, in wisselende kleurstellingen, een "kultuurlandschap" is te zien. De papierwerken geven landschappen te zien waar de beschouwer van boven op neerkijkt, alsof hij in een vliegtuig zit. Het zouden Hollandse akkers kunnen zijn, scherp afgetekend door sloten. Of een stad met wegen die er doorheen lopen, of een vliegveld met landingsbanen. Toch vallen de voorstellingen nooit helemaal samen met dit soort werkelijke uitzichten. Het zijn abstracte vergezichten die ontstaan doordat kleurlagen in horizontale, verticale en diagonale richting over elkaar heen worden geschilderd. Door de papierwerken zij-aan-zij te presenteren wordt in de ruimte een horizon gesuggereerd. Maar in de afzonderlijke werken is de horizon juist afwezig, omdat het landschap aan alle kanten het beeld uitloopt. Het zijn variaties op de oneindigheid van het landschap waarin kleine verschuivingen het perspectief beinvloeden en waarin de toeschouwer vele "kijkwegen" kan volgen.